principe

#3 Wees realistisch over realiseren

~ chronisch optimisme is de bron van veel projectellende ~

Heb je weleens een badkamer laten verbouwen? Of een keuken? Als alle stofwolken zijn opgetrokken is de evaluatie vrijwel altijd hetzelfde: het duurde langer dan gedacht, het kostte meer dan gedacht en het leverde veel meer gedoe op dan gedacht. Is het dan niet slim om onze gedachten over projectrealisatie realistischer te maken?

In de beweging van vonk naar vorm reis je door twee totaal verschillende landen. In de vonk-fase bevinden we ons in de wrijvingsloze, conceptuele ideeënwereld en we hebben nog geen oog voor de weerbarstige werkelijkheid in de vormenwereld. Beethoven riep eens tijdens het componeren: “Glaubt er, dass ich an seine elende Geige denke, wenn der Geist zu mir spricht?”*

Hoewel de vonkfase ook zo zijn uitdagingen kent, wordt deze fase toch gekenmerkt door een fluïde wendbaarheid, omdat de wetten van de materie hier nog niet gelden. De zwaartekracht heeft geen grip op onze sprankelende ideeën, strategische vergezichten, briljanten concepten en daadkrachtige plannen. Papier is geduldig, een PowerPoint pas je aan met een klik, in de vergadering wordt het besluit onderbouwd met overtuigende woorden.

Over de realisatiefase zijn we doorgaans chronisch optimistisch, omdat we met onze vonken-bril naar de uitvoering kijken. Dat mondt uit in onrealistische planningen, te krappe budgetten en te weinig menskracht. Dag in dag uit zien we de ellende die hieruit voortkomt. Dit is zelfgecreëerd lijden. De overstap van de wrijvingsloze wereld van woorden naar de weerbarstige wereld van waarmaken moeten we echt bewuster maken. Of in de woorden van Randall Stutman: “The greatest leaders are optimistic about the future, but pessimistic about tasks.”

Hoe realistisch ben jij over het realiseren? Zet je roze bril af en zoek de tegenspraak op. Consulteer zogenaamde pessimisten en doemdenkers. Word een realistische idealist!

*’Beethovens Streichquartette. Kulturgeschichtliche Aspekte und Werkinterpretation’, Gerd Indorf (Freiburg, 2004)